De hele dag vindt er interactie plaats tussen jou en de ander. Verbaal, non-verbaal, op afstand, van nabij. We relateren constant. En daarin worden we (aan)geraakt. Soms prettig, soms onprettig, soms onbeduidend. Toch gebeurt het. Onoverkomelijk.
Afhankelijk van de intensiteit van dit ‘raken’ is er vaak op heel subtiel niveau een eerste reactie: We verdwijnen, of we komen juist tevoorschijn. We openen ons voor de ervaring of we sluiten ons af. Dit gebeurt automatisch en is gerelateerd aan talloze patronen, geschiedenis, voorkeuren, afkeuren etc. Je kunt dit door en door onderzoeken, maar of dit zin heeft weet ik (nog steeds) niet. Dus laat ik me richten op de fysieke beleving.
Wanneer we verdwijnen valt vaak niet eens zo op. Bij jezelf niet en ook niet bij de ander. Zo ken je jezelf en anderen kennen je zo. Toch is er een gevoel van gemis, je voelt dat je er niet helemaal Bént. Het kost energie. Het voelt ongemakkelijk, als plicht.
Wanneer we verschijnen (tevoorschijn komen) komt er een levendigheid, echtheid, contact, wakkerheid, twinkeling in de ogen.
En het maakt echt niet uit waarmee je tevoorschijn komt. Misschien ben je zelfs wel minder aardig of sociaal dan ‘normaal’. Misschien blijf je nog onopvallend voor de buitenwereld, maar je voelt het zelf. Je komt tevoorschijn in jezelf. Dit is je eigen waarheid en die wordt fysiek voelbaar door een innerlijke stroom. Daar kom je bij een wezenlijk verlangen; jezélf voelen en ervaren. Je eigenheid. Dát is wat je altijd wilde (!)
Durf ik te verschijnen, helemaal in wie ik ben? Ook in kwetsbaarheid? Als ik mezelf heel onzeker en klein voel? Durf ik me daarmee te tonen aan de wereld, de omgeving, mijn partner?
En tegelijkertijd roept deze vraag iets in me op. Klopt het eigenlijk wel dat er hier een ‘durven’ aan vooraf moet gaan? Is het niet eigenlijk natuurlijk om tevoorschijn te komen? Zou het eigenlijk niet moeiteloos mogen gaan? En is dat niet wat nou juist zo pijn doet, dat ik van dat natuurlijke en moeiteloze wegraakte? Dat ik in het verleden met veel dingen niet tevoorschijn kon komen omdat dat op een of andere manier niet werd gewaardeerd en niet werd gezien?
Verdwijnen is de spanning en verschijnen is de (natuurlijke) ontspanning. Een lichaam dat verschijnt (tevoorschijn komt) verzacht, er komt meer adem in, meer ruimte, de aanwezigheid is duidelijk voelbaar. Je bent er. Ook al verschijn je met pijn, en ongemak, verdriet, boosheid. Toch is daar ontspanning want er word ruimte gemaakt voor de echte ervaring van wat er in je leeft.
In een Rebalancing sessie brengen we dit heel dicht bij onszelf. We zoomen in door middel van de aanraking. En er wordt niets geforceerd. Alle reacties op de aanraking worden gewaardeerd en samen onderzocht. Zo ontdek je dat verdwijnen/ verschijnen een fysieke gevoelservaring is en niet iets wat je op wilskracht ‘doet’. Het bewust worden van je eigenheid daarin kan veel ruimte geven. ‘Zo is het voor mij want zo voelt ik het’.
En dat geldt ook voor deze tekst.